Onderwerp: Korte beschrijving: land, levenswijze en verleden vr nov 06, 2009 10:52 pm
Hallo daar lieve mensjes
Om jullie allemaal wat te helpen met dit spel, hier een beschrijving van het land. En van de manier waarop alle wezens leven.
Geschiedenis: Het land is geschapen een lange tijd geleden en nu, tijdens de zevende Oda hebben wij de kans hier onze fantasie te laten werken. Het begin van het land word gezien als het moment dat de eerste levende wezens van hoger niveau het land betraden, dit begon de eerste dag van de eerste Oda. Deze wezens waren alle menselijk, maar in de tijd van nu, worden ze gezien als goddelijk. Zij zijn de goden, hun geest leeft voort in het land.
De Goden: Hier een opsommming van de aller belangrijkste goden: Odissy - De godin die de hemel wist te berreiken, bestuurster van de lucht en hoedster van de draken. Borgal - God van de diepe aarde, hij was het die de bomen deed wortelen Alessy - Godin der zonnige dagen, de godin der schoonheid, haar verscheining was als het mooiste licht. Fìldur - God van het hevige vuur, hij die als eerste het vuur ontdekte, en leerde te gebruiken als niemand anders Arramis - God van de lagere wezens, hij wist te communiceren met dieren als geen ander. Linathal - De godin van het sprekende water, de dag die haar tot de grotere goden bracht was de dag waarop ze het meer deed terugdeinzen. Xúrtal - De verboden god, hij die niks ander wist te bekoren dan eeuwige duisternis, van binnen uit bevroren.
Het land: Wat is er te vinden in het rijke land? De bergen, op de top van de berg begint het land, alles wat hier achterligt is schaduwland, het land van Xúrtal. Iedereen die zich daar waagt keert nooit meer terug. De top van de berg is op slechts enkele plaatsen besneeuwd, op de afgevlakte punt staat een relatief grote stad, die behoort tot de Zardîr Di Gizlì, ookwel Gizlì genoemt. Deze stad staat bekend om zijn draken race's, en de glorieuze arena, daar waar de draken bevochten worden. Wanneer je de bergen verder afdaalt kom je bij een stuk bos, waarna het volgende dorp zichtbaar wordt. Dit dorp is kleiner en ligt in het bebosde gebied. Het dorp van de Amelíza Lêfrix, ookwel de Amelíza. Het is een dorp dat rust uitstraalt, een kenmerk van dit kleine maar bekende dorpje. Aan dit dorpje stroomt een al bredere rivier, ontstaan bij de top en op dit brede moment genoemd; de Ratterlin. Wanneer je verder afdaalt kom je bij een stuk dor veld, waarna de berg overgaat op het vlakke land vind je een massief stenen deur, gebouwd ín de berg. De mijnen. Deze deur opend zich slechts voor zijn volk de; Bogõrm Barmí ookwel de Barmí. Dit zijn de dwergachtige, hun mijn is misschien wel het grootste centrum dat er in dit land te vinden is. Het strekt uit tot ver onder de grond en ligt onder de hele berg. Verscheidene wegen zijn afgesloten, dit omdat duistere wezens zich hier gevestigd hebben de; Hargìball. De gehele mijn wordt beschenen door een onbekend schemerend licht. Wanneer je verder kijkt dan de deur zie je hoe een zompig moeras verderop overgaat in een groen veld. In dit veld ligt een dorp, groter dan het dorp van de Amelíza maar kleiner dan de stad van de Gizlì. Het is het dorp van de Karest Di Figilìr, ookwel de Figilìr genoemd. Alle huizen zijn in geel bruine tinten en de daken zijn gemaakt van rood riet, afkomstig van het meer dat achter het dorp ligt. Dit dorp staat bekend om het grote gebouw in het centrum, een oud gebouw, nog uit de vijfde Oda die hedendaags gebruikt word als de plek voor hun wolfshonden, de Korfastrôfs. Wanneer je verder trekt verschijnt een rood meer omringt met rood riet, hierachter ligt een bos. Wanneer je dit bos doorkruist zie je verschillende dorpen allemaal dicht tegen elkaar. Dit is de oorspronkelijke huisvesting van de Magale Denfa, ookwel de Magale. Door de jaren heen heeft zich tusen deze dorpen in een groot centrum gevestigd, het is de grootste stad van het reik genoemd: Cìllivá. Het is een multiculturele stad, hier heb je elk soort van de hogere wezens door elkaar wonend.